De tijdens de bouw aangebracht rookmelders zijn verouderd. De VvE heeft nieuwe exemplaren aangeschaft. Dit bericht beschrijft de montage, die bijna net zo eenvoudig als het ophangen van een lamp. Kun je het niet zelf, laat je dan assisteren.
Stap 1: voorbereiden
Pak de nieuwe rookmelder uit en bekijk de handleiding (Nederlands, bijgevoegd in doos). De melder is volledig montageklaar, inclusief batterij voor back-up die de hele levensduur meegaat. Je gaat de melder monteren op de plek van de oude, aan het plafond op een centraaldoos.
Haal het klepje boven het blok met kabelklemmen los door het lipje op te wippen met een schroevendraaier. Draai de schroefjes van L (live) en N (neutraal) alvast gedeeltelijk los zodat je later gemakkelijk de draad erin kan steken.
Stap 2: verwijderen oude rookmelder
Schakel eerst de juiste groep van de elektrische installatie uit. Dit is meestal dezelfde groep als de lampen in de gang waar de rookmelder hangt. Gebruik een stevige trap. Draai de oude rookmelder tegen de klok in totdat deze los komt. Let op: op de bruine en blauwe draad kan nog elektrische spanning (230 Volt) staan als je niet de juiste groep hebt uitgeschakeld. De draden zitten klem in een connector. Deze kun je loswippen uit de rookmelder met een geïsoleerde schroevendraaier of spanningzoeker.
Check nu of de bruine draad inderdaad niet meer onder spanning staat.
Draai de boutjes van de centraaldoos los zodat de oude bodemplaat vrij komt en verwijder deze. De boutjes zijn lang genoeg om in de doos te blijven zitten.
Stap 3: bedrading voorbereiden
Druk de klemmen in de oude connector licht in om het plastic los te halen en leg dit apart.
Knip nu de klemmetjes los van de blauwe en bruine draad zodat die draad zo lang mogelijk blijft. De oranje draad is alleen van belang in woningen met meerdere rookmelders. In dat geval ook deze klem losknippen.
Gebruik een striptang om een centimeter draad bloot te leggen. Deze gaat later in het klemmenblok van de nieuwe rookmelder.
Stap 4: montage nieuwe melder
Neem de nieuwe bodemplaat en maak met de spanningzoeker een gaatje in de folie op de achterkant zodat je de boutjes er straks doorheen kunt doen. Haal de draden door het rechthoekige gat. Plaats de bodemplaat over de boutjes van de centraaldoos en draai de boutjes aan.
Bevestig nu de bedrading: bruin op L, blauw op N en indien in gebruik oranje op I (Interconnect). Let extra op als de oranje draad in gebruik is bij meerdere melders in één appartement, want per ongeluk verwisselen van blauw en bruin zou dan leiden tot het onbruikbaar maken van de nieuwe rookmelders.
Klik het deksel weer op het klemmenblok
Klik nu de nieuwe rookmelder op de bodemplaat.
Stap 5: testen en opruimen
Schakel de stroomgroep weer in. Op de rookmelder moet nu een groen lampje branden om aan te duiden dat de stroomvoorziening werkt. Elke 45 seconden flitst een rood lampje als teken dat de melder actief is.
Test: druk de knop in het midden in en laat weer los. De melder geeft nu tweemaal het alarmsignaal: drie harde piepgeluiden.
Haal de 9 Volt-batterij uit de oude rookmelder. Lever de batterij en de melder in als gescheiden afval, bij de kleine elektrische apparaten. Dit is onder andere mogelijk bij bouwmarkten, Jumbo Foodmarkt en het gemeentelijk afvalpunt. Gooi hem niet in de gewone vuilnisbak, de rookmelder en de batterij bevatten stoffen die bij verbranding schadelijk zijn voor het milieu.
Alle rookmelders zijn inmiddels gemonteerd